Nederlandse vennootschappen die onder de vennootschapsbelastingplicht vallen, kunnen betaalde voorheffingen (dividendbelasting en kansspelbelasting) verrekenen met de verschuldigde vennootschapsbelasting (Vpb).
Maken zij verlies, dan krijgen zij de betaalde voorheffingen terugbetaald. Buitenlandse vennootschappen konden in dit geval geen teruggave krijgen, maar sinds kort is deze ongelijkheid onder voorwaarden weggenomen. Toch wil het kabinet de verrekening van voorheffingen met verschuldigde Vpb beperken voor alle Vpb-plichtigen.
De beperking houdt in dat vennootschappen de voorheffingen kunnen verrekenen met maximaal in een jaar verschuldigde Vpb. De niet-verrekende voorheffingen kunnen zij onbeperkt doorschuiven naar latere jaren. Bij verlies betaalt de vennootschap geen Vpb, dus is verrekening van voorheffingen dan niet mogelijk.